L'Epée uurwerkfabriek/nl: Unterschied zwischen den Versionen

Aus Watch-Wiki
Zur Navigation springen Zur Suche springen
(L'Epée uurwerkfabriek/nl)
Zeile 5: Zeile 5:
 
Franse speeldozen en uurwerkenfabrikant
 
Franse speeldozen en uurwerkenfabrikant
  
[[L'Epée, Auguste/nl|Auguste L’Epée]] werd geboren op [[8. September]] [[1798]] in Villiers in Zwitserland. In [[1830]] vestigde hij zich met zij gezin in de streek van Montbeliard in Frankrijk. Daar kocht hij in [[1833]] een fabriek in Saint Suzanne om er de productie van muziekdozen te beginnen. De [[L'Epée uurwerkfabriek/nl|L'Epée uurwerkfabriek]].
+
[[L'Epée, Auguste/nl|Auguste L’Epée]] kocht in [[1833]] een fabriek in Saint Suzanne bij Montbeliard, om er de productie van muziekdozen te beginnen.  
  
In [[1839]] begon Auguste L’ Epée een samenwerking met [[Paur, Pierre-Henry|Pierre-Henry Paur]], een Zwitserse fabrikant van muziekdozen. Om de bedrijven samen te voegen welke nodig was voor het gehele productieproces van muziekdozen, kocht hij de aandelen van zijn partner op. De producten verwierven als snel een grote reputatie door hun kwaliteit en raffinement. In [[1857]] ontwikkelde Auguste L’ Epée een kleine speeldoos met cylinder en slinger die gebruikt kon worden in speelgoed en sieradendozen, wat groot succes werd. In [[1859]] telde het bedrijf L’ Epée 150 werknemers en produceerde 25 000 speeldozen, in [[1870]] heeft het 300 werknemers en een productie van 40 000 dozen. Auguste L’ Epée ontwikkelde zijn speeldozen verder met ondermeer een bereik van meerdere octaven, en toevoeging van trommels, ook verwisselbare cylinders met verschillende melodieën werden geproduceerd, deze speeldozen werden over de gehele wereld worden geëxporteerd.  
+
In [[1839]] begon Auguste L’ Epée een samenwerking met [[Paur, Pierre-Henry|Pierre-Henry Paur]], een Zwitserse fabrikant van muziekdozen. Om de bedrijven samen te voegen welke nodig was voor het gehele productieproces van muziekdozen, kocht hij de aandelen van zijn partner op. De producten verwierven als snel een grote reputatie door hun kwaliteit en raffinement. In [[1857]] ontwikkelde Auguste L’ Epée een kleine speeldoos met cylinder en slinger die gebruikt kon worden in speelgoed en sieradendozen, wat groot succes werd.  
  
Tijdens de oorlog van 1870 wordt de productie onderbroken. De fabriek wordt bezet en geplunderd door de Pruisen. Op [[7. februari/nl|7. februari]] [[1875]] overlijdt Auguste te Sainte-Suzanne. Zijn twee zonen, Charles-Auguste en Henry konden het bedrijf verder voortzetten op het pad naar succes. L’ Epée krijgt medailles op de Wereldtentoonstelling in Parijs in [[1878]]. Nogmaals op tentoonstellingen in Parijs in [[1889]] en [[1900]], in Wenen in [[1892]] en Hanoi in [[1902]].  Maar de grote muziekdozen beginnen uit de mode te raken, de productie van grammofoon rollen is een nieuw verkoopartikel. Vanaf [[1889]] gaat L’ Epée zich ook op andere producten toeleggen. De ontwikkeling van precisietechniek is het begin van de vervaardiging van pendules en pendulettes in de vorm van de bekende reisklokjes (Carriage Clocks) en Pendule d’Officier.  Nieuwe fabrieken werden gebouwd in [[1950]].  L’ Epée  zal niet ophouden te groeien tot [[1970]], op het hoogtepunt had men 600 werknemers in dienst. Dit is echter wel het begin van de moeilijkheden en was er de oorzaak van tot het inkrimpen van L’ Epée. Men was afhankelijk van de toelevering van onderdelen voor Peugeot, Siemens, en AEG. Met de komst van de kwartsuurwerk reageerde LÉpée maar langzaam met de modernisering van haar productie. In 1975 wordt Manhurin aandeelhouder van de onderneming. Bij L’ Epée draait het eigenlijk alleen nog om de klok, deze luxe reisklokken, pendules d’Officier, werden nummer één markleider in de wereld in hun soort. Op dat moment verkocht men zelfs klokken tot 100 000 frank. Sommige modellen werden speciaal vervaardigd voor het huwelijk van Prins Charles en Diana, of ter gelegenheid van het bezoek aan Frankrijk door paus Johannes-Paulus II. De Presidenten van de Republiek gaven een slingerklok van L’ Epée aan hun bezoekers. Ondanks verscheidene herstructureringen was er geen ondersteuning meer door de banken en is de onderneming in surseance van betaling geraakt in januari [[1996]], zonder dat er een zich een koper aandiende. De 64 resterende werknemers werden ontslagen in mei, deze werknemers die de fabriek hadden bezet werden verwijderd in de maand september. De voorraden werden verkocht op veilingen. In [[1977]] was een poging tot overname door de werknemers in de vorm van een coöperatieve productie al eens mislukt. In [[1999]] werd het merk door de Engelse klokkenmakerij F. A. Gluck gekocht. De klokken van L’Epée werden vanaf dat moment in Engeland gemaakt en wereldwijd verkocht. De gebouwen in Frankrijk werden gekocht door een particuliere ontwikkelaar. In [[2008]] werd het merk overgenomen door [[Swiza]] te Délemont in Zwitserland waarbij L’Epée terugkeerde naar de Zwitserse roots. Naast het eigen merk Swiza bezit deze onderneming ook het merk [[Matthew Norman]] waardoor Swiza nu wereldleider is op het gebied van dit type klok. <br>
+
In [[1859]] telde het bedrijf L’ Epée 150 werknemers en produceerde 25 000 speeldozen, in [[1870]] heeft het 300 werknemers en een productie van 40 000 dozen. Auguste L’ Epée ontwikkelde zijn speeldozen verder met ondermeer een bereik van meerdere octaven, en toevoeging van trommels, ook verwisselbare cylinders met verschillende melodieën werden geproduceerd, deze speeldozen werden over de gehele wereld worden geëxporteerd.
 +
 
 +
Tijdens de oorlog van 1870 wordt de productie onderbroken. De fabriek wordt bezet en geplunderd door de Pruisen. Op [[7. februari/nl|7. februari]] [[1875]] overlijdt Auguste te Sainte-Suzanne. Zijn twee zonen, [[L'Epée, Charles-Auguste|Charles-Auguste]] en [[L'Epée, Henry|Henry]] zetten het bedrijf voort op het pad naar succes. L’ Epée krijgt medailles op de Wereldtentoonstelling in Parijs in [[1878]]. Nogmaals op tentoonstellingen in Parijs in [[1889]] en [[1900]], in Wenen in [[1892]] en Hanoi in [[1902]].  Maar de grote muziekdozen beginnen uit de mode te raken, de productie van grammofoon rollen is een nieuw verkoopartikel. Vanaf [[1889]] gaat L’ Epée zich ook op andere producten toeleggen. De ontwikkeling van precisietechniek is het begin van de vervaardiging van pendules en pendulettes in de vorm van de bekende reisklokjes (Carriage Clocks) en Pendule d’Officier.  Nieuwe fabrieken werden gebouwd in [[1950]].  L’ Epée  zal niet ophouden te groeien tot [[1970]], op het hoogtepunt had men 600 werknemers in dienst.  
 +
 
 +
== Het einde van de productie in Saint Ursanne ==
 +
 
 +
Dit grote aantal werknemers was wel het begin van de moeilijkheden, en was er de oorzaak van tot het fors inkrimpen van L’ Epée. Men was afhankelijk van de toelevering van onderdelen voor Peugeot, Siemens, en AEG. En met de komst van het kwartsuurwerk reageerde de bedrijfsleiding veel te traag met de modernisering van haar productie. In [[1975]] wordt Manhurin aandeelhouder van de onderneming. Bij L’ Epée draait het eigenlijk alleen nog om de klok, deze luxe reisklokken, pendules d’Officier, werden nummer één markleider in de wereld in hun soort. Op dat moment verkocht men zelfs klokken tot 100 000 frank. Sommige modellen werden speciaal vervaardigd voor het huwelijk van Prins Charles en Diana, of ter gelegenheid van het bezoek aan Frankrijk door Paus Johannes-Paulus II. De Presidenten van de Republiek gaven een slingerklok van L’ Epée aan hun bezoekers. Ondanks verscheidene herstructureringen was er geen ondersteuning meer door de banken en is de onderneming in surseance van betaling geraakt in januari [[1996]], zonder dat er een zich een koper aandiende. De 64 resterende werknemers werden ontslagen in mei. Onder leiding van de toen 50jährige en partijloze bedrijfsadviseuse Noelle Grimme bezetten daarop 40 werkneemsters de fabriek. Deze werden verwijderd in de maand september. (In [[1977]] was een poging tot overname door de werknemers in de vorm van een coöperatieve productie al eens mislukt). De voorraden werden verkocht op veilingen.
 +
 
 +
== F.A. Gluck en Swiza ==
 +
 
 +
In [[1999]] werd het merk door de Engelse klokkenmakerij F. A. Gluck gekocht. De klokken van L’Epée werden vanaf dat moment in Engeland gemaakt en wereldwijd verkocht. De gebouwen in Frankrijk werden gekocht door een particuliere ontwikkelaar. In [[2008]] werd het merk overgenomen door [[Swiza]] te Délemont in Zwitserland waarbij L’Epée terugkeerde naar de Zwitserse roots. Naast het eigen merk Swiza bezit deze onderneming ook het merk [[Matthew Norman]] waardoor Swiza nu wereldleider is op het gebied van dit type klok. <br>
  
 
L’ Epée  klokken worden onder andere tentoongesteld in het museum van Montbeliard en het Museum Japy te Beaucourt.   
 
L’ Epée  klokken worden onder andere tentoongesteld in het museum van Montbeliard en het Museum Japy te Beaucourt.   

Version vom 28. November 2008, 23:08 Uhr

L'Epée, Uurwerkfabriek

andere talen: de                  
Die L'Epée fabriek rond 1895
Beeldmerk L'Epée.
(Zwaard in het Nederlands)

Franse speeldozen en uurwerkenfabrikant

Auguste L’Epée kocht in 1833 een fabriek in Saint Suzanne bij Montbeliard, om er de productie van muziekdozen te beginnen.

In 1839 begon Auguste L’ Epée een samenwerking met Pierre-Henry Paur, een Zwitserse fabrikant van muziekdozen. Om de bedrijven samen te voegen welke nodig was voor het gehele productieproces van muziekdozen, kocht hij de aandelen van zijn partner op. De producten verwierven als snel een grote reputatie door hun kwaliteit en raffinement. In 1857 ontwikkelde Auguste L’ Epée een kleine speeldoos met cylinder en slinger die gebruikt kon worden in speelgoed en sieradendozen, wat groot succes werd.

In 1859 telde het bedrijf L’ Epée 150 werknemers en produceerde 25 000 speeldozen, in 1870 heeft het 300 werknemers en een productie van 40 000 dozen. Auguste L’ Epée ontwikkelde zijn speeldozen verder met ondermeer een bereik van meerdere octaven, en toevoeging van trommels, ook verwisselbare cylinders met verschillende melodieën werden geproduceerd, deze speeldozen werden over de gehele wereld worden geëxporteerd.

Tijdens de oorlog van 1870 wordt de productie onderbroken. De fabriek wordt bezet en geplunderd door de Pruisen. Op 7. februari 1875 overlijdt Auguste te Sainte-Suzanne. Zijn twee zonen, Charles-Auguste en Henry zetten het bedrijf voort op het pad naar succes. L’ Epée krijgt medailles op de Wereldtentoonstelling in Parijs in 1878. Nogmaals op tentoonstellingen in Parijs in 1889 en 1900, in Wenen in 1892 en Hanoi in 1902. Maar de grote muziekdozen beginnen uit de mode te raken, de productie van grammofoon rollen is een nieuw verkoopartikel. Vanaf 1889 gaat L’ Epée zich ook op andere producten toeleggen. De ontwikkeling van precisietechniek is het begin van de vervaardiging van pendules en pendulettes in de vorm van de bekende reisklokjes (Carriage Clocks) en Pendule d’Officier. Nieuwe fabrieken werden gebouwd in 1950. L’ Epée zal niet ophouden te groeien tot 1970, op het hoogtepunt had men 600 werknemers in dienst.

Het einde van de productie in Saint Ursanne

Dit grote aantal werknemers was wel het begin van de moeilijkheden, en was er de oorzaak van tot het fors inkrimpen van L’ Epée. Men was afhankelijk van de toelevering van onderdelen voor Peugeot, Siemens, en AEG. En met de komst van het kwartsuurwerk reageerde de bedrijfsleiding veel te traag met de modernisering van haar productie. In 1975 wordt Manhurin aandeelhouder van de onderneming. Bij L’ Epée draait het eigenlijk alleen nog om de klok, deze luxe reisklokken, pendules d’Officier, werden nummer één markleider in de wereld in hun soort. Op dat moment verkocht men zelfs klokken tot 100 000 frank. Sommige modellen werden speciaal vervaardigd voor het huwelijk van Prins Charles en Diana, of ter gelegenheid van het bezoek aan Frankrijk door Paus Johannes-Paulus II. De Presidenten van de Republiek gaven een slingerklok van L’ Epée aan hun bezoekers. Ondanks verscheidene herstructureringen was er geen ondersteuning meer door de banken en is de onderneming in surseance van betaling geraakt in januari 1996, zonder dat er een zich een koper aandiende. De 64 resterende werknemers werden ontslagen in mei. Onder leiding van de toen 50jährige en partijloze bedrijfsadviseuse Noelle Grimme bezetten daarop 40 werkneemsters de fabriek. Deze werden verwijderd in de maand september. (In 1977 was een poging tot overname door de werknemers in de vorm van een coöperatieve productie al eens mislukt). De voorraden werden verkocht op veilingen.

F.A. Gluck en Swiza

In 1999 werd het merk door de Engelse klokkenmakerij F. A. Gluck gekocht. De klokken van L’Epée werden vanaf dat moment in Engeland gemaakt en wereldwijd verkocht. De gebouwen in Frankrijk werden gekocht door een particuliere ontwikkelaar. In 2008 werd het merk overgenomen door Swiza te Délemont in Zwitserland waarbij L’Epée terugkeerde naar de Zwitserse roots. Naast het eigen merk Swiza bezit deze onderneming ook het merk Matthew Norman waardoor Swiza nu wereldleider is op het gebied van dit type klok.

L’ Epée klokken worden onder andere tentoongesteld in het museum van Montbeliard en het Museum Japy te Beaucourt.

Weblinks

http://www.fhs.ch/en/news/news.php?id=653
http://www.swiza.com/
http://www.lepee.co.uk/index.html
http://www.racinescomtoises.net/Auguste-l-Epee-1798-1875#
http://fr.wikipedia.org/wiki/L'%C3%A9p%C3%A9e